Hervorming vennootschapsrecht
Met het nieuwe Wetboek Vennootschappen en Verenigingen (“WVV”) in zicht, vatten we voor u de voornaamste wijzigingen nog eens samen.
1. Wetboek Vennootschappen én Verenigingen
Het nieuwe Wetboek Vennootschappen en Verenigingen omvat, zoals de naam zelf zegt, zowel vennootschappen als verenigingen. De definitie van het begrip vennootschap zal voortaan een nieuwe invulling krijgen. Het centrale onderscheidingscriterium met de vereniging wordt het winstuitkeringsoogmerk. Het al dan niet nastreven van winstgevende activiteiten wordt irrelevant onder het nieuwe recht.
In het verlengde daarvan verdwijnt ook het onderscheid tussen ‘burgerlijke’ en ‘commerciële’ vennootschappen en worden alle vennootschappen als onderneming beschouwd. Deze wijziging kadert in de bredere hervorming van het ondernemingsrecht waarbij van de notie handelaar afgestapt wordt en uitgegaan wordt van het ruimere formele ondernemingsbegrip.
2. Van 17 vennootschapsvormen naar 8
Het aantal vennootschapsvormen wordt drastisch verminderd van 17 naar 8. Voortaan zal elke vennootschap de vorm aannemen van een maatschap, een vennootschap onder firma (VOF), een commanditaire vennootschap (CommV), een besloten vennootschap (BV), een coöperatieve vennootschap (CV), een naamloze vennootschap (NV), een Europese vennootschap (SE) of een Europese coöperatieve vennootschap (SCE). In de praktijk zal een aantal oude vennootschapsvormen wel blijven voortbestaan als een modaliteit van één van de acht basisvormen.
3. Doorgedreven vereenvoudiging en flexibilisering in de BV
De nieuwe BV zal het Belgische antwoord vormen op de Europese light vehicle competitie. De wijziging die ongetwijfeld het meest in het oog springt is de afschaffing van het minimumkapitaal. De BV zal bij haar oprichting wel over “toereikend” kapitaal moeten beschikken. Om na te gaan of een vennootschap over toereikend kapitaal beschikt zal rekening gehouden worden met het financieel plan. Het nieuwe wetboek voorziet in een minimuminhoud voor het financieel plan waarmee het mogelijk moet zijn om de toereikendheid van het vereiste aanvangsvermogen te concretiseren. Daarnaast zullen uitkeringen slechts mogen plaatsvinden nadat is voldaan aan twee uitkeringstests, de nettoactieftest en de liquiditeitstest.
In het nieuwe vennootschapsrecht zal het ook mogelijk zijn om een BV of NV door slechts één persoon te laten oprichten.
4. Beperking van de bestuursaansprakelijkheid
Om het Belgische vennootschapsrecht aantrekkelijker te maken voor buitenlandse investeerders, zou de bestuurdersaansprakelijkheid beperkt worden tot een bepaald bedrag. Dit bedrag zal per vennootschap afhangen van de omvang en grootte van de onderneming. Een beperking van de aansprakelijkheid maakt het bestuurdersrisico beter verzekerbaar wat dan weer ten goede komt van schuldeisers en ook het ondernemerschap in de hand kan werken.
5. Corporate mobility
Een laatste opmerkelijke wijziging is de invoering van de statutaire zetelleer of incorporatieleer. België volgt het voorbeeld van landen zoals Nederland en het Verenigd Koninkrijk door te opteren voor de incorporatieleer. De hervorming volgt daarin ook de rechtspraak van het Europese Hof van Justitie. Hierdoor wordt de mobiliteit van ondernemingen vergemakkelijkt en wordt de mogelijkheid om aan forum shopping te doen vergroot. In het verlengde hiervan wordt ook een procedure tot internationale zetelverplaatsing voorzien die het voor buitenlandse ondernemingen eenvoudiger moet maken om naar België te komen.
6. Overgangsregeling
Het wetsontwerp voorziet een overgangsregeling die samenhangt met het boekjaar van de vennootschap en dus voor iedere vennootschap verschillend zal zijn.
Het wetboek is voor het eerst van toepassing op een vennootschap op de eerste dag van het eerste boekjaar dat aanvangt na het verstrijken van een termijn van één jaar na de bekendmaking van het wetboek in het Belgisch Staatsblad.
Op dat ogenblik zullen de dwingende bepalingen van de wet met onmiddellijke ingang van toepassing zijn. In de BVBA zal het kapitaal bijvoorbeeld van rechtswege worden omgevormd in een onbeschikbare eigen vermogensrekening dat niet kan worden uitgekeerd.
Elke vennootschap moet haar statuten in overeenstemming brengen met het wetboek ter gelegenheid van de eerstvolgende statutenwijziging, en uiterlijk tien jaar na de datum waarop het wetboek op haar van toepassing wordt.
Het volledige wetsontwerp kan worden geraadpleegd op: